De gemiddelde tuin in Nederland wordt steeds kleiner. Sinds 1950 daalde het gemiddelde perceeloppervlak met 30%, van 187 m2 naar 132 m2, terwijl de oppervlakte van het huis in diezelfde tijd met 21% steeg.

 

Dit betekent dat steeds meer mensen kiezen voor een kleinere tuin (RTL Nieuws, 2019). Daarbovenop blijkt dat van deze kleine tuin een derde, en in sommige gemeentes zelfs de helft van de tuin bestraat is (AD, 2019). Deze zogenoemde verstening is niet alleen slecht voor waterafvoer en hittestress, het is ook funest voor de natuur en de dieren die daarin leven. Ook zijn deze biodiversiteitsarme tuinen de ideale leefomgeving voor wespen, muggen, fruitvliegjes en ander ongedierte, aangezien al hun natuurlijke vijanden hier niet kunnen overleven. In een tuin met weinig vegetatieve diversiteit vallen roofinsecten weg, terwijl plaaginsecten alle ruimte krijgen om ongehinderd te leven (WUR, 2021).

En ik hoor je misschien denken dat jouw mooie tuin met bestrating en een grasmat makkelijk te onderhouden is, en daar heb je ook een punt. Echter, een natuurinclusieve tuin is óók erg makkelijk te onderhouden. Ergens in onze geschiedenis is natuur veranderd van iets waarmee we leven, naar iets wat wij moeten controleren. En vanuit dat oogpunt is een groene omgeving veel werk. Er is alleen wat mis met die manier van denken. De natuur, en vooral alle levende wezens binnen de natuur reageren niet zo goed op controle. De natuur is altijd opzoek naar chaos, want alleen dan kan de natuur in balans raken. De natuur zal altijd zijn eigen weg proberen te vinden, dus waarom zou je daartegen vechten? Ga terug naar hoe het hoort, en werk samen met de natuur. Dat kost niet alleen veel minder moeite, het heeft ook nog eens een waslijst aan voordelen.

In een natuurinclusieve tuin;

  • is de lucht schoner
  • is het op zomerdagen koeler
  • is het op winterdagen zachter
  • is de lucht vochtiger
  • wordt water beter opgevangen en vastgehouden
  • is er minder droogte in de zomer
  • voel je je gelukkiger en vrediger
  • is de natuur in balans, waardoor je bijna niks aan je tuin hoeft te doen

En je denkt nu misschien dat een natuurinclusieve tuin een rommeltje is, maar ook dát is niet zo. Ja, het klopt dat de tuin wat voller en misschien wat begroeider raakt. En je zult misschien een stukje van je tuin kunnen opofferen voor natuur, maar dat is maar een heel klein gedeelte. En als je je tuin daar te klein voor vindt, zijn er ook genoeg oplossingen waarbij dat niet nodig is.

Het feit dat het klimaat aan het veranderen is, en wat de oorzaak daar ook van is, blijft staan. Dat merken we in alles en kan voor veel problemen in ons dagelijks leven zorgen. Van extreme droogte en ondergelopen straten en tuinen, tot plagen, niemand weet precies wat de toekomst voor ons in petto heeft. Je hebt de kans om jouw huis en tuin een stukje veiliger, en vooral aangenamer te maken voor jezelf, en de natuur. In elke tuin kan en hoort een stukje natuur. Lees hieronder wat voor maatregelen je kunt treffen, en kijk welke het beste bij jouw tuin passen. Veel van deze maatregelen zijn ook geschikt voor balkons en dakterrassen.

Download ook onze natuurinclusieve tuin Checklist, en vul het Scoresheet in om te kijken hoe natuurinclusief je tuin nu al is! De natuurinclusieve tuin is onderdeel van natuurinclusief bouwen. Meer weten over wat natuurinclusief bouwen inhoudt? Lees hier ons artikel. Specifieke dieren een handje helpen? Bekijk dan onze serie “maak kennis met je buren” over dieren die in de stad wonen, en wat zij nodig hebben.

Maatregelen voor elke tuin

Geen tuin is hetzelfde. Iedereen heeft zijn eigen smaak en voorkeuren. Toch zijn er dingen die iedereen met hun tuin kan doen die goed passen in elke soort tuin. Een tuin vol leven is namelijk een veel fijnere tuin om in te leven. Belangrijk is wel dat elke soort plant die je in je tuin plaatst een inheemse, Nederlandse soort is. Op die manier heeft de Nederlandse natuur er het meeste aan.

  1. Maai een deel van de grasmat minder vaak.

Laat sommige delen van de grasmat wat langer groeien van tijd tot tijd. Dit is erg goed voor biodiversiteit en kleine bestuivende insecten. Lang gras heeft diepere wortels, waardoor het plantje sterker en groener is, en minder water nodig heeft. Dus ook in droogte een mooi gazon. Maai daarnaast het gras zelf, en koop geen maairobot, deze kunnen egeltjes verminken die ‘s nachts op pad gaan.

  1. Maak een bijen- of vlinderidylle.

Een bijen- of vlinder idylle is een laag van inheemse bloemen en kruiden. Deze is goed te combineren met het hogere gras, want deze kunnen op dezelfde plek staan. Plant inheemse of verwilderde bloembollen en zaadjes, en creëer hiermee een paradijs voor vlinders en bijen. Een ander voordeel van de aanwezigheid van vlinders en bijen is dat wespen hier minder voorkomen. Dit samen met mossen, kruiden en andere begroeiing zorgt voor een veel vrolijker gazon dan de ouderwetse grasmat.

  1. Plant een boom.

Nog geen boom in de tuin? Zonde! Bomen zijn geweldig voor leven in de tuin. Niet alleen zorgen de wortels voor veel waterretentie, het zijn ook nog eens natuurlijke airco’s. Op warme dagen wordt door hun vastgehouden vocht verdampt waardoor de hele tuin verkoeld wordt, en in de kou warmt het zichzelf en de omgeving op. In de winter, als de boom kaal wordt, komt er nog steeds zonlicht het huis in. Bomen komen in alle vormen en maten, dus eentje vinden die in de tuin past is simpel. Kies alleen wel een Nederlandse boom, aangezien die de Nederlandse natuur het meeste helpt en hier het beste kan groeien. Geen ruimte voor een boom in de grond? Plaats er dan een in een grote pot.

  1. Hou zo veel mogelijk regenwater vast in de tuin.

Droogte gaat veel vaker voorkomen in ons land. Maar daarom ruimte in de tuin om water op te vangen. Bouw de tuin bijvoorbeeld met enkele hoogteverschillen en geef het water de tijd om in de bodem te infiltreren. Maar een poel, infiltratiegreppel, regenwatervijver of een moeraszone in de tuin. Deze vangen het water op en houden de tuin veel langer nat en vochtig. Het is ook ideaal voor een hoop insecten en vooral vogels. Daarnaast koelt het de tuin ook af in de zomer. Regenwater opvangen in een bijvoorbeeld een ton is ook een goede optie, dan kun je dat water gebruiken om de tuin te besproeien.

  1. Kies inheemse bomen, struiken en planten die een bloei hebben.

Zorg ervoor dat de Nederlandse natuur voor komt in de tuin. De Nederlandse dieren en insecten zijn afhankelijk van deze vegetatie, en de Nederlandse natuur werkt beter met inheemse vegetatie. Zorg er ook voor dat deze planten een bloei hebben, zodat ze een beter thuis geven aan bestuivende insecten en vogels.

  1. Vergroen de gevel of het balkon.

Een gevel, een balkon, en andere kale delen van het huis worden vaak vergeten en kaal gelaten. Dit is juist een mooie mogelijkheid om een lege vlakte te vullen met leven. Klimop planten zijn een van de makkelijkste planten om te hebben, en ze zijn heel goed voor de Nederlandse natuur. Daarnaast helpen ze gevels droog te houden, en isoleren ze het huis. Daarnaast werken hangende planten als een natuurlijke zonwering, en vangen al deze planten aan de gevel stofdeeltjes op uit de lucht, voor een schonere lucht in de tuin.

  1. Kies voor een levende tuinafscherming

Tegenwoordig zijn veel tuinen afgeschermd met schuttingen, hekken of muren. Dit is zonde, want hiermee loopt jouw tuin een hoop voordelen mis. Groene omheiningen bieden windbescherming, zuurstof en luchtzuivering, schaduw, koelte in de zomer, en meer privacy. Dieren zijn ook dol op dit verticaal groen. Dieren gebruiken deze groene plekken ook als verbinding elementen naar beplantingen van de buren en de rest van de omgeving. Dit betekent niet dat je je schutting uit de grond moet trekken. Je kunt ook gewoon klimplanten en struiken ertegenaan planten. Zorg ervoor dat dieren als de egel onder je tuinafscherming door kunnen, zodat ze van tuin naar tuin kunnen bewegen.

  1. Breek verharde oppervlaktes

Een hoop plekken in de tuin zijn bestraat, maar daar wordt amper gelopen of gezeten. Haal op deze plekken de bestrating eruit en plaatst semi-doorlaatbare stenen of blokken. Dit is heel goed voor waterafvoer en helpt de tuin af te koelen. Ook draagt het mee aan een gezonde bodem, en is het een mooi compromis tussen bestrating en groen.

  1. Zorg voor verschillende lagen

De natuur groeit niet op één niveau. Als je door een bos loopt zie je duidelijk dat de natuur verschillende vegetatielagen heeft. Denk hierbij aan grassen, kruiden, struiken, en bomen. Creëer ook zo veel mogelijk verschillende vegetatielagen in je tuin. Dit is heel goed voor waterafvoer, maar ook voor verkoeling. En de planten, dieren en insecten worden hier heel blij van.

  1. Laat droge en dode bloemen of takken staan of liggen

Verdroogde stengels en afgestorven plantenmateriaal bieden in de winter bescherming voor de plant. In het voorjaar kun je deze plantenresten versnipperen tussen de planten. Dit zorgt voor een natuurlijke bemesting en bedekt de bodem, waar insecten weer blij van worden. Snoeisels kun je ook versnipperen en composteren. Zo geef je het weer terug aan de natuur. Het vergaan van planten hoort namelijk bij het natuurlijke proces van groei.

  1. Plant bodembedekkers

Bodembedekkers zorgen niet alleen dat onkruid minder kans heeft om te groeien, het helpt de planten die er al staan. Dit doen ze door de bodem te isoleren, waardoor water beter opgenomen wordt, bodemleven vrijer z’n gang kan gaan, en dat water niet uit de bodem verdampt.

  1. Maar een rommelhoekje

De natuur is dol op rommel. Heb je een hoekje in de tuin waar je nooit komt, of een ruimte achter een schuur of een bankje? Maak hier dan een rommelhoekje van. Gooi een hoop takken en bladeren op een hoop en laat het lekker gaan. Je kunt er ook een muur van wildernis van maken. Plaats oude bakstenen, kapotte plantenpotten of gebruikte stenen op een hoopje en laat deze lekker overgroeien met planten. Dieren zijn vaak op zoek naar dit soort rustige plekjes waar zij ongestoord hun nest kunnen maken of kunnen schuilen.

  1. Geef dieren een thuis

Veel dieren maken gebruik van holen in de grond of van planten of een nest te bouwen, maar dat betekent niet dat we ze niet een handje kunnen helpen. Plaats bijvoorbeeld enkele vogelhuisjes in je tuin, zet een vlinder- of bijenhotel neer, en plaats misschien zelfs een egelhuisje. Zo nodig je de natuur uit om in je tuin te leven, en je creëert zo een gebalanceerd ecosysteem in eigen tuin.

  1. Gebruik geen pesticiden of kunstmeststoffen

Deze lijken misschien een goede optie, maar ze brengen de tuin alleen maar verder uit balans. Als je een aantal van de voorgaande stappen volgt zul je zien dat de tuin deze middelen helemaal niet nodig heeft, aangezien een natuurlijke tuin zichzelf in balans houdt. Het eerdergenoemde rommelhoekje kan figureren als een composthoop, wat beter is dan kunstmest.

  1. Bedek een plat dak met leven

Als bonus, omdat deze niet direct bij de tuin hoort, kijken we ook nog daar de platte daken. Dit is een oppervlakte waar meestal helemaal niets mee gebeurt, en dat is zonde! Dit is waardevolle ruimte waar natuur een ongestoord plekje kan hebben. Ook draagt het bij aan waterretentie, luchtzuivering en afkoeling van de gehele tuin. En het verlengt de levensduur van je dak, aangezien het de uv-stralen opneemt. Denk er alleen wel om dat je dak het gewicht aankan. In de meeste gemeentes zijn er zelfs subsidies voor groene of bruine daken aan te vragen.

Geniet

Hoger gras betekent minder vaak maaien en wildere struiken, heggen en bomen hoeven minder vaak gesnoeid te worden. Kruidlagen en dode bloemen laten liggen tot de lente betekent dat je je tuin niet “winterklaar” hoeft te maken. Een natuurlijke tuin heeft veel minder onderhoud nodig. Het enige wat je dan hoeft te doen is genieten van de tuin vol leven. Een natuurlijke tuin is ook veel gezonder, en veel leuker voor kinderen om buiten te spelen en te ontdekken wat de natuur te bieden heeft. Ooit hebben we als mensen besloten afstand te nemen van onze natuur, en dat kost ons nu. Laten we stapje voor stapje weer teruggaan naar samenleven met de natuurlijke wereld, met als eerste stap de tuin.

Tekst: Floris de Rie