“Maatwerk, maatwerk, maatwerk” 

Wat zijn de faal- en succesfactoren bij een tiny house project? Om die vraag te beantwoorden heeft de werkgroep een breed scala aan mensen geïnterviewd. Mensen die werken bij de overheid of in de politiek actief zijn, bij een waterschap werken, landeigenaren en leden van initiatiefgroepen. 
De conclusie: Alle drie de partijen moeten bereid zijn maatwerk te leveren, en zich kunnen verplaatsen in elkaars belangen. Dan lukt het. 

 

Om een tiny house project tot een goed einde te brengen en voordat er dus overgegaan wordt tot realisatie van de tiny houses moet er goed samengewerkt worden tussen drie partijen: de initiatiefnemers, de overheid en de landeigenaren. ‘Dat dit vaak nogal een uitdagende klus is, vertelde eigenlijk iedereen die we interviewde,’ aldus Mieke Elzenga, coördinator van de werkgroep. Als de grondhouding van één van de drie partijen niet open en positief is, kun je het plan vergeten, gaat Mieke verder. Natuurlijk de tiny house beweging is nog vrij nieuw, de behoefte aan deze woonvorm is erg groot. Dat beseften alle mensen die we interviewden.

Win win win situatie
Een tiny house project realiseren vanuit een burgerinitiatief is voor alledrie de genoemde spelers geen ‘appeltje eitje’ omdat het geen gebruikelijke gang van woningbouwrealisatie is. Gemeenten werken vooral samen met projectontwikkelaars en woningbouwverenigingen. Daar werken mensen die elkaars taal spreken, die de procedures kennen en die goed snappen hoe het contact met de grondeigenaren zou moeten lopen.

Mieke: ‘Eigenlijk begint een tiny house burgerinitiatief altijd wat op achterstand. De partijen kennen elkaar niet goed of helemaal niet. En kennen dus elkaars wensen, uitdagingen en kaders dan logischerwijs ook niet. Dat het wél kan blijkt uit meerdere succesvolle projecten waarbij de sleutel is dat elke partij ervan overtuigd is dat er een win–win situatie gecreëerd kan worden. Bij win-win wordt er door alle drie de partijen maatwerk geleverd.’

Permanent of tijdelijk?
Tiny houses permanent of tijdelijk? De eerste vraag die alle drie de partijen moeten beantwoorden is: gaan we de tiny houses in een permanente setting bouwen of een tijdelijke? En indien tijdelijk, hoe lang is dan tijdelijk? Als die vraag beantwoord is zou de volgende zijn: gaan de huisjes on-grid, off-grid of hybride tussen on-, en off-grid? Mieke: ‘Als daar overeenstemming over is dan ben je al een heel eind op weg want dan weten alle drie de partijen welke weg ze moeten gaan lopen in het kader van de vergunningen.’
(Off-grid wonen betekent dat je woning niet is aangesloten op de basisvoorzieningen elektriciteit, gas, water en riool. Soms betekent het ook dat er geen telefoonaansluiting en/of internetaansluiting is. Hierdoor ben je volledig onafhankelijk. On-grid is dus dat je wel op deze voorzieningen bent aangesloten.)

Jacqueline Tellinga lid van het Expertteam Eigenbouw ministerie van Binnenlandse Zaken: ‘Kleine huisjes geven een kleine voetafdruk. Huisjes zoveel mogelijk autarkisch (zelfvoorzienend) bouwen, regenwater opvangen en goed inpassen op plekken die zoveel mogelijk groen moeten /mogen blijven. Daar hoeft geen ontwikkelaar aan te pas komen, dat kunnen mensen best zelf.’

Midden in de natuur

Initiatiefnemers dromen vaak van een tiny house midden in de natuur. De werkelijkheid van wet- en regelgeving kan dan koud op het dak vallen. Ook de doorlooptijd is een uitdaging want er kunnen jaren overheen gaan voordat het droomhuisje er staat. Nederland is een land vol met regeltjes. Ook voor de ambtenaren kan het soms een klus zijn om met enthousiaste en ook vaak emotionele burgers te maken te krijgen in plaats van een zakelijke projectontwikkelaar.  Aan de andere kant zijn vaak de initiatiefnemers creatieve mensen die denken in mogelijkheden met aandacht voor natuur- en milieu, waar die anders misschien niet snel gevonden worden.

Jacqueline van Rijn (strategisch beleidsadviseur ruimtelijke ontwikkeling, Noord-Holland Noord) ) : ‘Tiny houses dragen genuanceerd bij aan een oplossing van het woningtekort. Daarnaast moeten er ook vele andere soorten huizen gebouwd worden. Voor bepaalde groepen starters en doorstromers kunnen tiny houses zeer geschikt zijn. De locatie waar je tiny houses plaatst is wat mij betreft belangrijk. Bijvoorbeeld aan randen van dorpen/ steden.’

Politiek

De politiek kan een tiny house project uitstekend helpen. Door bijvoorbeeld een motie in de raad te bespreken en aan te nemen waarin – als dat nog niet gebeurd is – het college en dus de ambtenaren wordt opgedragen onderzoek te doen en ruimte te maken voor een tiny house project.  Mieke: ‘Politieke partijen zijn vaak bereid naar de inwoners te luisteren en staan open voor burgerinitiatieven. Dat onze werkgroep aan de slag kon is ook te danken aan politieke partijen in de Provinciale Staten. Die kan projecten op verzoek van burgers aanjagen. Ik heb gedurende dit project meer bewondering gekregen voor de ambtenaren. Ik had nooit het idee dat ze zich vervelen, maar krijg zo’n nieuwe woonvorm met een burgerinitiatiefproject  met tiny houses maar eens op je bordje. Dat vraagt maatwerk. Met een motie in de rug wordt het zowel voor het college als de ambtenaren makkelijker.’

Verdiepen

Wat we de initiatiefgroepen aanraden is; ga je verdiepen. Verdiep je in de wet -en regelgeving en ga ergens kijken waar het al gerealiseerd is. En als je dit te uitdagend, lastig, ingewikkeld vindt, zoek dan hulp. Zorg dat je een reëel beeld hebt van tiny house woonprojecten. ‘Een stukje land waarop je één of meerdere tiny houses vergunningsvrij kan bouwen, is uitermate zeldzaam zo niet onmogelijk,’ aldus Mieke. Een irreëel beeld van een tiny house project is één van de faalfactoren die bij alle drie de partijen kan spelen.

Integraal

Een ander punt waar zowel gefaald als succesvol punten te halen is, is op het onderwerp ‘integraal’. Mieke: ‘Klimaatadaptief en natuurinclusief tiny house project gaat zoveel verder dan alleen wonen en ontwikkeling in de ruimtelijke ordening. Vele tiny house bewoners zijn zich bewust van klimaat en natuur. Voor velen is dat zelfs vaak een eerste stap wanneer ze zich afvragen: ‘hoe kan ik mijn ecologische footprint verkleinen?’ Een tiny house vraagt minder bouwmaterialen en wordt vaak gebouwd met duurzame en/of circulaire materialen. Zo kan op verschillende terreinen ‘winst’ worden geboekt door functies te stapelen. Door water op te vangen in een regenton, gebruik je bij droogte geen gezuiverd kraanwater voor de tuin. Dat is minder belastend voor het milieu en je portemonnee.’

Wimar Jeager, (voormalig waarnemend burgemeester van Oostzaan en wethouder van Hilversum)
‘Stel dat 100.000 mensen in Nederland in deze woonvorm willen wonen, dan is het van belang dat elke gemeente minimaal een paar locaties aanwijst, waar dit zich kan ontwikkelen.’

Geld

Alle drie de partijen kunnen falen en succesvol zijn op het gebied van de financiën. Mieke: ‘De aankomende tiny house bewoners moeten zich verdiepen in een sluitende business case. Wat kunnen en wil je betalen? Waarbij je naast grond aankoop of huur/ pacht en bouw van je huisje ook rekening dienen te houden met legeskosten en de kosten van een (landschaps-) architect voor het aanvragen van de vergunningen. Gewenst is dat gemeenten maatwerk leveren bij een burgerinitiatief. Zo zouden ze bijvoorbeeld hun kosten inzichtelijk moeten maken en het moment van afrekenen op een gunstig moment voor de bewoners kunnen prikken. Bijvoorbeeld op het moment dat de bewoner in zijn of haar huisje trekt. Voor de gemeenten maakt dit geen verschil, ze krijgen hun geld later. Voor de bewoners maakt het een groot verschil, want zij zitten niet een tijd met dubbele kosten. Landeigenaren zouden ook bereid moeten willen zijn om een schappelijke prijs te rekenen, doordat ze zien welke meerwaarde de tiny houses komen brengen door zo te wonen  en ook hoe de omgeving natuurlijk wordt ingericht.

Belangrijk is dat we inzien dat er een gezamenlijk belang is, en dat door samenwerking nieuwe woningen, duurzame samenlevingsvormen en nieuwe natuur kan ontstaan. Dit in het belang van alle betrokkenen.

Faal- en succesfactoren bij tiny house concepten

Welke drie groepen hebben te maken met realisatie van de tiny houses? Zoals hierboven al uitgelegd zijn dat de landeigenaren, de politiek en de initiatiefnemers. We hebben een handig overzicht gemaakt zodat je je kunt inleven en inlezen in elkaar belangen en valkuilen. Voor een overzicht van de geïnventariseerde faal- en succes-factoren, vanuit de drie perspectieven, zie Faal-en succesfactoren tiny house concepten