Kunnen duurzame energieprojecten bijdragen aan de versterking van de biodiversiteit?

Ja, dat kan. De biodiversiteit kan direct versterkt worden op het niveau van de projectlocatie door deze natuurinclusief te ontwikkelen. Er kan ook indirect worden gewerkt aan biodiversiteitsversterking door een deel van de opbrengsten van het project te investeren in natuurgebieden of de groene leefomgeving. Hier kan bijvoorbeeld een gebiedsfonds voor worden gebruikt en/of de oprichting van een stichting. Lees meer over gebiedsfondsen op de website van Hier Opgewekt.

In de Gemeente Waterland worden de opbrengsten uit de windmolens langs de Zeedijk naar Marken via de Stichting Duurzaam Waterland ingezet voor duurzame projecten in de buurt. Zo bieden ze een ‘meer-groen-subsidie’ aan voor mensen die de tuin willen vergroenen, een regenton willen aanschaffen of een groen dak willen aanleggen. Zo kan verduurzaming dienen als katalysator voor nóg meer verduurzaming. Lees hier meer over dit initiatief.

Wat zijn belangrijke voorwaarden hiervoor?

De voorwaardes voor directe versterking van de biodiversiteit door de natuurinclusieve ontwikkeling van een projectlocatie gaan zowel over de inrichting als over de locatiekeuze. Daarbij is het belangrijk om er bewust van te zijn dat zonneweides meer mogelijkheden bieden dan windmolens. Bij het plaatsen van windmolens wordt de projectlocatie doorgaans niet of weinig ingericht of ontwikkeld. De locatiekeuze is in dat geval vooral belangrijk.

Bij de locatiekeuze voor een zonneweide is het belangrijk om te kijken naar de huidige natuurwaarde en welke impact die ondervindt bij het aanleggen van een zonneweide. Leidt die voor bepaalde (beschermde) soorten of leefgebieden tot een negatieve impact die niet kan worden gemitigeerd? Dan kan de projectlocatie onmogelijk natuurinclusief worden ontwikkeld. Als de negatieve impact op de natuurwaarde kan worden gemitigeerd kan vervolgens worden onderzocht hoe die natuurwaarde kan verder kan worden versterkt. Locaties met een lagere natuurwaarde, zoals voormalige landbouwgrond of vervuilde grond, zijn natuurlijk het geschiktst voor het per saldo versterken van natuurwaarden.

Denk bijvoorbeeld aan:

  • Verhoging van het grondwaterpeil, bijv. ten behoeve van veenherstel;
  • Natuurvriendelijke oevers langs sloten, waardoor onder andere de waterkwaliteit verbetert;
  • Het plaatsen van bomen en/of struwelen, bijv. ten behoeve van bepaalde vogelsoorten;
  • Het inzaaien van kruidenrijk grasland;

Daarbij is het altijd belangrijk dat zo zonneweide zodanig wordt ingericht dat er, letterlijk en figuurlijk, ruimte blijft voor de natuur. Dat kan bijvoorbeeld door voldoende ruimte te houden tussen de panelen, waardoor de waterinfiltratie en lichtinval op de bodem niet wordt gehinderd. Ook is het belangrijk om met een beheerplan te sturen op versterking van de biodiversiteit.

Hoe kan de gemeente sturen op natuurinclusiviteit?

De gemeente heeft een sturende en aanjagende regierol in de energietransitie. Gemeenten kunnen sturen op natuurinclusiviteit bij energieprojecten door voorwaarden stellen bij de vergunningverlening. Een sterk beleidskader kan de basis leggen voor het aantrekken van zoveel mogelijk natuurinclusieve plannen.

Daarnaast kunnen ze de ontwikkeling van natuurinclusieve projecten actief aanjagen door middel van beoordelingssystemen. In een sterk beoordelingssysteem worden plannen beoordeeld op verschillende criteria op het gebied van natuur en biodiversiteit en worden ze hierop gescoord door experts.

In de Toolbox Natuurinclusieve Energietransitie van de Natuur en Milieufederaties worden verschillende goede voorbeelden van beleidskaders en beoordelingssystemen toegelicht.

Praktijkvoorbeelden

Hieronder staan twee praktijkvoorbeelden van hoe de natuurinclusieve energietransitie aangepakt kan worden en een expert aan het woord.

Praktijkvoorbeeld: beleidskaders voor zon op land

VINCENT BAKKER
Beleidsadviseur energietransitie bij de Gemeente Haarlemmermeer

De Gemeente Haarlemmermeer ziet zonneweides als een tijdelijke oplossing. Vincent: ‘de verwachting binnen de gemeente is dat er na een periode van 25 jaar nieuwe en vooral betere oplossingen zijn met betrekking tot duurzame energie. In de periode van zonneweides blijft het gebied een agrarisch bestemming behouden.’ Het doel van de gemeente is om de transitie naar duurzame energie via zonneweides te ondersteunen door het afgeven van een tijdelijke
vergunning. Dit moet worden gecombineerd met een boost voor het bodemleven en biodiversiteit. Deze boost is volgens de gemeente mogelijk doordat de grond voor een lange periode wordt onthouden van intensieve landbouw en voor een deel wordt vol gezet met planten, bomen en bloemen. ‘Naast het doel van duurzame energie opwekken heeft de gemeente als doel dat de energietransitie van ons allemaal wordt’, vertelt Vincent, ‘en daarbij zowel de lasten als ook zeker de lusten voor de gemeenschap zijn. Dit wordt gedaan door inwoners, boeren en organisaties mee te nemen in het proces.’

Beleidskader en spelregels

‘Om te bepalen op welke manier wij als gemeente duurzame energie willen opwekken zijn bewoners en betrokkenen aan de voorkant gevraagd mee te denken. Hieruit zijn beleidskaders ontwikkeld waarin overkoepelende doelen en waarden staan met betrekking tot de ontwikkeling van een zonneweide in relatie tot de natuur, het milieu en de lokale samenleving. Deze doelen en waarden zijn leidend’, benadrukt Vincent.

Zo moet er een bepaald percentage van de grond open blijven voor natuur zodat de biodiversiteit wordt vergroot. Naar aanleiding van de beleidskaders heeft de gemeente in samenwerking met experts, zoals landschapsarchitecten, een beeldkwaliteitsplan opgesteld waarin aanvullende regels zijn opgenomen over de inpassing en inrichting. ‘Een voorbeeld van dergelijke spelregels is een specificatie over welke plantensoorten moeten worden gebruikt en op welke manier randzones vorm kunnen worden gegeven’, legt Vincent uit. Dit beleidskader houdt wel voldoende ruimte voor initiatiefnemers om zelf een voorstel te doen in gesprek met de omgeving.

De gemeente voelt zich verantwoordelijk voor een duurzame toekomst en ziet zichzelf als voortrekker en facilitator in de energietransitie. Om de kansenverhouding tussen commerciële partijen en initiatieven uit de samenleving gelijk te trekken voelt de gemeente zich verantwoordelijk om het kennisniveau over energie en maatregelen die mensen zelf kunnen nemen bij inwoners te verhogen. Hiervoor is het NMCX (natuur en milieucentrum) een belangrijke partner. Dit centrum wordt door de gemeente volledig gesubsidieerd en bemand met mensen die kennis van zaken hebben om inwoners te helpen te helpen bij de stappen die zij willen nemen in de energietransitie.

Welke kansen zie jij voor de natuurinclusieve energietransitie in de toekomst?

  • ‘Geef inwoners handelingsperspectief door een kenniscentrum op te zetten waarbij inwoners worden geholpen met kennis over energie maar vooral met het opzetten van een eigen energiecoöperatie.’
  • ‘Inspireer inwoners door als gemeente mooie praktijkvoorbeelden te ontwikkelen met betrekking tot de natuurinclusieve energietransitie.’
  • ‘Stel een maatschappelijke tender op waarin minimaal 50% lokaal eigenaarschap wordt geëist richting initiatiefnemers bij ontwikkelingen in de openbare ruimte.’

Welke opgedane lessen zou je graag met anderen willen delen?

  • ‘Zorg ervoor dat het beleidskader en beeldkwaliteitsplan voorlopen op vergunningen zodat het proces transparant, goed en eerlijk gebeurt.’
  • ‘Stel vooraf een goed doordacht participatietraject op waarin bewoners op de hoogte zijn over wat, hoe, waar, wanneer en binnen welke kaders besproken wordt’’, zegt Vincent. ‘Zorg ervoor dat de ‘spelregels’ in samenspraak met inwoners en de politiek kunnen worden aangepast aan de weerbarstige praktijk. Mits ze voldoen aan de overkoepelende waarden en doelen.’
  • ‘Deel als gemeente kennis met initiatiefnemers die maatschappelijke impact voor ogen hebben.’
  • ‘Monitor zowel de positieve en negatieve effecten van zonneweides. Deel en gebruik deze lessen of stuur bij als het mis lijkt te gaan.’

Zie de website Nieuwe Energie van de gemeente Haarlemmermeer voor meer informatie.

Praktijkvoorbeeld: multifunctionele zonneweide in Koggenland

TON SCHOLTE
Mede-initiatiefnemer bij Koggenland Energie Neutraal

Stichting KEN zet zich in voor het bieden van een oplossing voor het geschil tussen een kleine groep inwoners van Berkhout in samenwerking met LTO Nederland en de gemeentelijke en provinciale overheid met haar plannen voor de bouw van een nieuw industrieterrein. De oplossing volgens deze initiatiefnemers: de aanleg van een zonneweide op het terrein. ‘Het idee is dat deze zonneweide moet worden ontwikkeld in combinatie met meerdere maatschappelijke functies en behoeften zoals een wandelpad, fietscrossbaan, recreatief zwemstrand, voedselbos en een community supported agriculture’, ligt Ton toe. ‘Hierbij is het voor ons essentieel om onafhankelijk te blijven en lokale bewoners inspraak te geven op het nog te ontwikkelen terrein. Het is voor KEN van groot belang dat naast de lasten ook zeker de lusten voor de lokale community zijn.’

“Met commerciële partijen is het de vraag; wie heeft er profijt van die zonnepanelen? En dat worden niet de inwoners van Koggenland. Dat moet je niet willen als gemeente.”

Hoe ga je van start?

  1. De eerste stap is het actief benaderen van gelijkgestemde mensen en organisaties voor een samenwerking. Hierdoor is het mogelijk om elkaar te versterken via het uitwisselen van ideeën, ervaringen en kennis.
  2. Vervolgens is er contact gezocht met gemeente Koggenland. ‘Daar is lef voor nodig’, benadrukt Ton. Naar aanleiding van dit contact is KEN als stichting opgericht. Dit is essentieel geweest om door de lokale overheden serieus genomen te worden. Immers: ‘overheden willen vaak alleen in gesprek met serieuze partners waarbij ze het idee hebben dat de continuïteit is gewaarborgd.’
  3. Na enkele gesprekken is het initiatief doorverwezen naar de provincie die voor het idee van een natuurinclusieve zonnepark open stond. Er is een sterk verhaal gecreëerd inclusief tekening van de natuurinclusieve zonneweide om het voor ambtenaren en inwoners beeldend te maken. Daarnaast is er de tijd genomen om de betrokken wethouder het hele verhaal van de natuurinclusieve zonneweide, met daarbij alle maatschappelijke doelstellingen, uitgebreid en duidelijk uit te leggen. In de tussentijd zijn er verschillende subsidies aangevraagd om geld los te krijgen voor de ontwikkeling van de plannen bij gemeente en provincie.

KEN is een stichting geworden, met een bestuur waar veel vrijwilligers bij betrokken zijn. Deze hebben zich verdeeld in verschillende werkgroepen waarbij er gekeken is naar interesse, netwerk en kennis. Zo is er een werkgroep die zich bezighoudt met de uitvoering van warmtemetingen en is er een voor interne en externe communicatie. ‘De samenwerking met de gemeente Koggenland is prima’, vertelt Ton. ‘Het is een grote uitdaging voor ons als initiatiefnemers om de gemeente mee te krijgen, daar gaat heel veel energie in zitten. Daarbij is het een kwestie van geluk met betrekking tot de contactpersonen bij de gemeente.’ Doordat er de tijd is genomen om naar elkaar te luisteren. de goede intenties duidelijk zijn geworden en er onderling vertrouwen is, is er een goede relatie ontstaan tussen bewoners, overheid en politiek. Dit is volgens Ton cruciaal voor een goede samenwerking en daarmee het succes van het bewonersinitiatief.

Welke opgedane lessen zou je graag met anderen willen delen?

  • Zorg ervoor dat bewoners en maatschappelijke organisaties weten waar en wie ze moeten hebben binnen de gemeente en neem een proactieve houding aan in het contact met burgers en initiatiefnemers.
  • ‘Creëer een sterk doordacht verhaal dat interesse en enthousiasme opwekt.’
  • ‘Zorg ook voor een reëel beeld over of investeringen het waard zullen zijn, of het uit kan.’
  • Een website opzetten zodat geïnteresseerden initiatiefnemers en het initiatief kunnen vinden. Zorg dat mensen je kunnen vinden.
  • Zoeken naar subsidiemogelijkheden en andere financieringsmogelijkheden. Er is de maatschappelijke subsidie aangevraagd bij de gemeente Koggenland en bij de provincie de subsidie uitvoeringsregeling duurzaamheidsinitiatieven

Expert uit de praktijk: visie op een participatieve overheid

HILLEBRAND BREUKER
P
rojectleider bij de Provincie Noord-Holland

Hillebrand Breuker heeft een achtergrond als landbouwdeskundige, heeft gewerkt met beheer en onderhoud van infrastructuur en is ook betrokken bij het programma Groen Kapitaal van de provincie Noord-Holland. Momenteel houdt hij zich daar bezig met de transitie naar infranatuur. Zijn specialiteit ligt bij het ontwikkelen van concepten die nog niet bestaan met betrekking tot infrastructuur.

‘Er zijn verschillende grote opgave voor Nederland en dus ook Noord-Holland. Met betrekking tot het vergroten van de biodiversiteit ga je dat niet oplossen door alleen een natuurnetwerk aan te leggen specifiek alleen voor de natuur’, legt Hillebrand uit. ‘Wanneer je dit allemaal monodisciplinair gaat aanleggen, dus alleen landbouw, alleen natuur en alleen energie is er te kort ruimte in Nederland. ‘Het zal moeten worden gecombineerd.’ Daarnaast heeft Hillebrand het in plaats van ‘natuurinclusief’ graag over ‘maatschappij-inclusief’. Je zet de mens centraal, dat klinkt heel egoïstisch, maar je zet vooral de gezonde mens centraal. Dan hebben we het over gezondheid, welzijn en zingeving. En dan kom je automatisch bij een omgeving die heel veel natuur in zich heeft’, zegt Hillebrand.

‘’Het gaat pas echt leven wanneer de natuur overal in wordt meegenomen.’’

Er liggen veel kansen om de huidige infrastructuur en natuur te combineren. Hillebrand geeft als voorbeeld: ‘’een kruimelregeling is een tijdelijke vergunning die na een periode vervalt waarbij het bestemmingsplan niet gewijzigd hoeft te worden. In deze periode kan geëxperimenteerd worden of iets werkt, ja of nee.’’

Wat is de rol van de overheid in een breed gedragen energietransitie?

De droom van Hillebrand is een netwerkende en participatieve overheid die kansen ziet en stimuleert binnen de lokale samenleving. ‘Er zijn zoveel goede mensen met goede ideeën die maatschappelijke impact willen bereiken die aansluiten op de doelstellingen van de overheid’, vertelt Hillebrand. ‘Een samenleving waarin allerlei ideeën en experimenten worden uitgevoerd om zoveel mogelijk innovatieve en integrale oplossingen te bedenken die passen bij de regio en de infrastructuur die er is. Het is maatwerk.’

‘Je moet initiatiefnemers vooral erg dankbaar zijn als er mensen naar je toekomen die allemaal doelstellingen hebben, waarvan je als gemeente zegt ‘dat zijn ook onze doelstellingen’ en je niet te verschuilen achter een bestemmingsplan maar maatwerk leveren’, zegt Hillebrand. ‘Ga naast de inwoners zitten in plaats van tegenover. Probeer als gemeente mee te denken en na te denken over wat deze initiatieven nog meer kunnen doen voor gemeente.’ Hij vindt het ook belangrijk dat de kansen voor burgers gelijk zijn aan die van grote bedrijven ondanks het grote geld en de administratieve kracht van de bedrijven.

‘De waterschappen zijn ontstaan vanuit problemen met water. Nu hebben wij nieuwe bedreigingen, waaronder energie’, gaat Hillebrand verder. ‘Leer uit het verleden en begin een nieuw soort overheid, een ‘doe-schap’. Een democratische organisatie die gericht is op het managen van klimaat, energie en biodiversiteit. Met aan de ene kant een bestuurlijke aansturende en aan de andere een uitvoerende component. En allemaal op gebiedsniveau, daarmee ontlast je een gemeente, provincie en waterschap. Deze partijen zijn wel allemaal vertegenwoordigd in die ‘doeschappen’ maar laten wel veel los. Verzekerd op een multifunctionele aanpak op alle belangrijke thema’s.’

Welke kansen zie jij voor de natuurinclusieve energietransitie?

De energietransitie wordt erg prijzig omdat aansluitingen op het net gewoon erg duur zijn, vooral op het platteland. ‘Daarom is het goed om kleinschalige oplossingen te vinden binnen de huidige infrastructuur op het platteland’, legt Hillebrand uit. ‘’Hier kunnen lokale ondernemers en burgers met ideeën komen die door gemeenten moeten worden gefaciliteerd en gestimuleerd. Een uitdaging is om het niet alleen door de grote bedrijven te laten doen en daardoor alle macht in de handen van de grote bedrijven neer te leggen wat betreft energie. Kijk naar wat het dorp nodig heeft, deze heeft meer nodig dan alleen energie. Betrek alle doelstellingen bij elkaar en bedenk met burgers en ondernemers een plan om dat allemaal bij elkaar te krijgen.’

Welke opgedane lessen zou je graag met anderen willen delen?

  • ‘De bestuursraad vindt vernieuwende plannen vaak helemaal geweldig, maar ambtenaren houden zich op de vlakte omdat het vaak niet past binnen huidige wet- en regelgeving. Hier moet een andere manier van denken komen binnen een gemeente zodat ideeën die door de samenleving en politiek gewenst zijn kan worden ontwikkeld. Gemeenten moeten niet te bang zijn om in de meewerkende stand gaan zitten.’
  • ‘Gemeenten hebben de tijd niet om allerlei problemen op te lossen waardoor het makkelijk is om alles te laten aan grote bedrijven met veel geld. Op welke manier profiteren bewoners hiervan? Bijna niet. Dat is niet de manier om de energietransitie op te lossen. Dat zorgt voor weerstand richting de overheid.’
  • ‘Werk met een gebiedsfonds waarmee een ontzettend groot investeringspotentieel wordt gecreëerd. Betrek bewoners bij het gebiedsfonds wat betreft regels en afspraken.’

‘’Investeer en organiseer in een goede en professionele samenwerking met bewoners en in ambtenaren die de netwerkende en participatieve overheid representeren.’’

Tips en tricks natuurinclusieve energietransitie

  • Leg de voorwaarden voor natuurinclusiviteit bij energieprojecten vast in een beleidskader. Dit biedt niet alleen houvast voor initiatiefnemers, maar ook voor bewoners die graag willen weten wat ze kunnen verwachten van de lokale energietransitie.
  • Het beheer van een zonneweide is een vaak vergeten maar zéér belangrijk element bij het vergroten van de biodiversiteit. Vraag ontwikkelaars of initiatiefnemers om een beheerplan op te stellen. Monitoring kan belangrijk zijn om het succes van de beheersmaatregelen te toetsen. Hiervoor kunnen bijvoorbeeld lokale groepen van experts worden gevraagd.
  • Gemeente hebben een cruciale rol richting energieke initiatieven uit de samenleving. Als een gemeente dergelijke initiatieven graag ziet ontstaan is het belangrijk om een actieve en faciliterende houding aan te nemen. Dit vraagt om investeringen (tijd of financiering) en veel overleg.
  • Neem in een beleidskader niet alleen voorwaarden op voor natuurinclusiviteit bij de inrichting van een zonneweide, maar overweeg ook om participatieve ontwerpprocessen hierin mee te nemen. Hiermee kan lokale expertise worden toegepast én kan het draagvlak voor deze projecten ook worden vergroot.
  • Overweeg maatregelen die zowel een positieve impact kunnen hebben op natuur als op de maatschappij, zoals een gebieds- of omgevingsfonds. Hiermee kun je er bijvoorbeeld voor zorgen dat mensen met kleine beurs ook betrokken kunnen worden bij de energietransitie.

Bestaande projecten

Welke kansen biedt de RES voor een natuurinclusieve energietransitie in Noord-Holland?

In de Regionale Energie Strategieën zijn zoekgebieden aangewezen voor wind- en zon op land. Deze zoekgebieden bieden kansen voor de ontwikkeling van zon of wind op land, maar moeten nog verder onderzocht en geconcretiseerd worden. Hierbij is ‘’natuur’’ een vaak genoemde factor die besluiten informeert. Als het versterken van de biodiversiteit het doel is, is het vooral raadzaam om in de zoekgebieden aan de slag te gaan met locaties met lage natuurwaardes.

Hoe staat het er nu voor met natuurinclusiviteit bij bestaande projecten?

Wageningen Environmental Research heeft in 2019 en 2020 onderzoek gedaan naar 25 Nederlandse zonneparken: wat is de impact op de bodem en hoe zit het met de biodiversiteit in deze parken? De resultaten lieten zien dat er nog veel te doen is op dit gebied. Zo past maar klein deel van de onderzochte parken beheermaatregelen toe die de biodiversiteit optimaal vergroten.

Bij de parken die wél hoog scoren bleek dat er een veel hoger aantal verschillende plantensoorten en bijzondere soorten voorkwam dan bijvoorbeeld in het gemiddelde productiegrasland. Dit bleek onder andere het gevolg te zijn van maaien en afvoeren van het maaisel als beheersmaatregel. Lees hier meer over dit onderzoek en de resultaten. De onderzoekers doen ook aanbevelingen voor de inrichting en het ontwerpen van een natuurinclusief zonnepark.

Meer informatie?

Hieronder staan de links die in de stukken hierboven vermeld staan nog een keer op een rijtje, met nog extra informatie toegevoegd: